De archipel van het Zweedse Östergötland bestaat uit meer dan 8.000 eilanden en eilandjes. Een walhalla voor natuurliefhebbers en watersporters als vissers, zeilers en kajakers. Maar ook een prachtig gebied om door rond te trekken, op zoek naar mooie vissersplaatsjes, natuurschoon, mooie stadjes en aardige mensen. We dompelen ons een paar dagen onder in de Zweedse gastvrijheid en ontdekken de ´Skärgård´ van Östergötland.

Misschien is Söderköping wel de best bewaarde kleinere stad van Zweden. Waar andere steden en dorpen ten prooi zijn gevallen aan de onstuitbare vernieuwingsdrift van de jaren ’60 en ’70 in de vorige eeuw, staat hier nog altijd een fraaie combinatie van traditionele houten en stenen huizen overeind. Een smal riviertje slingert door de binnenstad, met keien geplaveide straten zijn autoluw ingericht en brengen je naar de mooiste plekjes in dit charmante stadje.

Söderköping stad
SfeervolSöderköping

Söderköping

Ooit was Söderköping een populair kuuroord. Al in 1718 kwamen mensen naar de Heilige Ragnhildsbron om te profiteren van de heilzame werking van het water. Anno 2017 is in het voormalige kuuroord  een viersterren hotel gevestigd. Ragnild is nog steeds beschermheilige van de stad. Voor ons is het de uitvalsbasis om de krap 7.000 inwoners tellende stad langs het Götakanaal te ontdekken. Van daaruit trekken we de scherenkust in, het conglomeraat van meer dan 8.000 eilanden en eilandjes dat hier voor de kust ligt. De meeste daarvan zijn niet veel groter dan een paar rotsklompen en het domein van vogels en zeehonden. Een paar eilanden zijn permanent bewoond en trekken in de zomer veel toeristen die op eigen houtje de ‘scherenkust willen verkennen.

Klaarmaken voor vertrek

Het water op

Onze eerste stop is bij het ‘Kajakparadiset’ waar eigenaar Anders net een paar gasten op weg helpt. ‘Onze gasten komen werkelijk overal vandaan, van Zwitserland tot de VS, vertelt hij. Dit deel van de scherenkust heet de Sankt Anna archipel. Anders komt zelf uit Finland en heeft vanaf zijn kindertijd op en in het water gebivakkeerd. ‘Dit is echt een ideaal gebied voor mensen die graag op eigen houtje met hun boot er op uit trekken. Je kunt vrijwel overal vrij je tentje opzetten en overnachten.’ Omdat we het zelf – vooral vanwege het fototoestel –niet echt zien zitten om in een wankele kajak te stappen, nemen we weer afscheid van Anders. Hij is alweer in gesprek met de volgende groep gasten; een familie van twee ouders en vier kinderen heeft gereserveerd voor een lang weekend. Drie kano’s worden vertrek klaar gemaakt en peddelen dan de haven uit.

Valdemarksvik Träbåtklubb
Mooie houten boten

Boot

De kust van Östergötland  is een allegaartje van aan elkaar vastgegroeide stukken land. In de ijstijd lag hier een dikke laag ijs die het land naar beneden duwde. Na het smelten van die ijskap veerde het land weer op, nu nog altijd een paar mm per jaar. Stukken land die eerst los lagen rezen zo langzaam op uit het water en raakten weer verbonden met het vaste land. Dat wordt dus doorsneden door grote, fjordachtige inhammen, met schilderachtige vissersplaatsje op de oever. Zo komen we in Valdemarsvik, gelegen aan een diep inham. Van oudsher was dit een vissersplaatsje, maar nu hebben de plezierboten de overhand in de haven. Veel Zweden die dieper landinwaarts wonen, hebben hier een boot liggen. Een speciale plek is gereserveerd voor de leden van Valdemarksvik Träbåtklubb, waarvan alle leden een houten boot hebben, de een nog mooier dan de ander. Vandaag dobbert een deel van die boten rustig in de haven, want het is nog geen vakantietijd. Maar ongetwijfeld trekken de clubleden er na Midsommar en masse op uit om de eilanden voor de kust verder te ontdekken.

Östgötaleden
Op pad

Beschermd gebied

We vervolgen onze autotocht en komen terecht  in het Eköns natuurreservaat, een klein stukje beschermde natuur op een schiereiland. Dat steekt haast als een vinger vooruit en is aan drie kanten omringd door water. Aan de rand ligt een camping aan de oever, maar in het natuurgebied is het doodstil, op wat fluitende vogels na. We trekken de wandelschoenen aan en maken een wandeling van bijna twee uur door het gebied. Het provinciale langeafstandspad Östgötaleden doorkruist het gebied en de oranje markering brengt ons al snel op het smalle pad langs de kust. Op het uiterste puntje hebben we vanaf het rotsplateau prachtig uitzicht, omlijst door bloeiende lijsterbessen.

Naar het eiland

Na onze wandeling rijden we door naar het even verderop gelegen Fyrudden. Vanaf daar vertrekt een kleine passagiersbootje naar het eiland Harstena, ruim een uur varen verderop. Daar hebben we voor een nacht een huisje geboekt, om zo het eilandleven te ervaren. Kleine complicatie: Het kleine winkeltje in Fyrudden is al dicht en op het eiland is ook geen supermarkt. Er wonen daar maar drie families permanent. Wat te eten zou toch wel fijn zijn. Gelukkig brengt de eigenaar van het enige restaurant in Fyrudden uitkomst. In een handomdraai draait hij voor ons een koude avondmaaltijd in elkaar en geeft een koelbox vol ontbijtspullen mee. Dat gebeurt hier vast vaker!

Harstena
Mooie huisjes op Harstena

Harstena

Het mini-veerpontje brengt ons in ruim een uur naar Harstena. Dat kleine eiland ziet er ondanks de geringe omvang van de permanente bevolking, verrassend volgebouwd uit. Die bebouwing bestaat hoofdzakelijk uit rode boothuisjes en schuren. Een deel daarvan stamt nog uit de tijd dat hier meer families woonden en van de visvangst leefden. De meeste zijn inmiddels weg getrokken, drie families wonen hier nu nog het hele jaar rond. Onder hen is Gunni Lindkvist, de verhuurster van ons huis. Zij is hier als klein meisje opgegroeid. ‘Toen waren er nog tien kinderen en gingen we naar de school op het eiland’, zo vertelt zij.

Genieten van het uitzicht

Zeehonden

Gunni is na haar kindertijd naar het vasteland verhuisd en heeft met haar gezin gewoond en gewerkt in Linköping. Toen de kinderen het huis uit gingen en het zomertoerisme naar het eiland een flinke vlucht had genomen, besloot zij samen met haar man terug te keren en het bedrijf van haar ouders over te nemen. Inmiddels staat de derde generatie al aan het roer van het toeristische bedrijf dat o.a. huisjes beheerd, kano’s verhuurd, de passanten haven beheerd en in de zomer het restaurant op het eiland uitbaat. Gunni kent elk paadje en inhammetje op het eiland en brengt ons naar de mooiste plekjes. Onder andere bij een klein binnenmeertje met zoetwater, waar een wilde rode waterlelie bloeit. Ze neemt ons ook mee naar de inmiddels wat bouwvallige kokerij waar het vet van de zeehonden werd verstookt tot traan, tot de gruwelijke jacht op de zeehonden in 1948 werd verboden. Dat laatste lijkt Gunni nog steeds spijtig te vinden. Nu zijn er geen zeehonden meer op het eiland; die kiezen logischerwijs vooral voor de afgelegen onbewoonde eilandjes.

Diepe rust

Moe van onze ontdekkingstocht op Harstena, die toch wel een paar uur duurt, kruipen we onder de wol en luisteren naar de allesoverheersende stilte. We horen alleen de wind die rond ons huisje cirkelt en verder helemaal niks. Geen andere mensen, geen auto’s, geen boten, geen muziek. Diepe, bijna onwennige stilte.

Openbaar vervoer in de archipelago

Overgang

Om 09:45 haalt een nog kleinere variant van onze veerboot ons weer op. Uitgezwaaid door Gunni manoeuvreert de kapitein rustig tussen de rotsen door. We klimmen uit de kajuit naar het kleine achterdek en kijken hoe ‘ons eiland’ langzaam verdwijnt. Eenmaal op open water gaat het gas (of beter gezegd de dieselkraan) ver open en schieten we als een speedboot door de verder zo stille Skärgård. In 45 minuten zijn we terug in Fyrudden, waar we de leeg gegeten koelbox weer inleveren. Vol met indrukken en verhalen rijden we terug naar de bewoonde wereld. Het is even schakelen: van een bijna onbewoond eiland vliegen we straks binnen een paar uur terug naar bomvol Schiphol. Het levert een dubbel gevoel op: enerzijds ontzettend jammer dat het er nu alweer op zit, anderzijds is het fantastisch dat je dus vanuit onze drukke randstad binnen een paar uur in de rust van de Zweedse scherenkust kunt komen. Dat gaan we vaker doen!

Praktische informatie

Bereikbaarheid

De eilanden-archipel  van Östergötland ligt zo’n 150 km ten zuiden van Stockholm aan de oostkust van Zweden. Voor onze reis vlogen wij van Amsterdam naar Linköping en huurden daar een auto. Daarmee ben je binnen een uur in het gebied. Er is een rechtstreekse KLM-vlucht vanaf Amsterdam naar Linköping, meerdere keren per dag.

Accommodaties

In de regio vind je allerlei accommodaties, van een 4-sterrenhotel zoals het Brunn hotel in Söderköping tot campings en huisjes in de kleinere dorpen en op de eilanden.

Vervoer

Het openbaar vervoer in de regio is weliswaar goed, maar als je echt wilt rondtoeren om zoveel mogelijk te zien is een huurauto wel erg handig. De dienstregeling van de bootjes naar de grotere eilanden wordt verzorgd door Östgötatrafiken. Kijk ook op www.ostgotatrafiken.se.

De kajak-verhuur Kajak Paradiset is gevestigd in Sankt Anna en vind je via www.kajakparadiset.se.

Informatie

Op internet is veel informatie te vinden over de toeristische mogelijkheden in de regio. Mooi vertrekpunt voor je zoektocht is www.visitlinkoping.se en www.visitostergotland.se.  Informatie over de mogelijkheden om op harstena te verblijven vind je op www.harstena.se. Algemene informatie over Zweden: www.visitsweden.com.

Verantwoording

Dit artikel verscheen eerder in het herfstnummer van 2017 van Nordic Magazine.

© One Day Walks, tekst: Paul van Bodengraven,  foto’s Marco Barten