In Zweden werd al in de middeleeuwen naar ijzererts en andere metalen gezocht. Het gebied op de grens van wat we nu Västmanland, Värmland en Örebro Län noemen bleek een rijke vindplaats. Inmiddels liggen de hoogtijdagen van de ijzerindustrie alweer ver achter ons, maar de sporen van die tijd zijn nog altijd zichtbaar in het landschap. We gaan erop uit in Västmanland, voor een rondwandeling van ruim 16 km, over de Bruksleden, het regionale langeafstandspad. Langs meren, beverburchten en dwars door het bos.

Havenkades

Het is even zoeken, maar na zo’n 4 km een smalle steenslagweg te hebben gevolgd zien we dan toch een kleine parkeerplaats, aan de rand van het Stora Kedjen meer, waar de resten van wat ooit een haventje was nog duidelijk zichtbaar zijn. Start- en eindpunt voor onze wandeling vandaag. Het water klotst zachtjes tegen de stenen in het water en de temperatuur ligt rond een aangename 22 graden. Ideaal wandelweer. We verkennen de kleine ‘kades’ die zijn aangelegd, die het in vroeger tijden mogelijk maakten om schepen enigszins beschut af te meren, om ze zo vol te kunnen laden met ijzererts. Anno 2017 ziet het er erg groen, lommerrijk en verrassend klein uit. Lastig om je voor te stellen dat het hier ooit een drukte van belang was.

Fabrieksresten

De Trummelsberg-ijzerfabriek was in zijn soort geen kleintje. In de omgeving werd volop ijzererts gedolven en hier naartoe gebracht om te worden verwerkt. De ruïne van de fabriek laat zien hoe groot het complex was. De zuilen worden nu gerestaureerd en daardoor kun je je beter voorstellen hoe het er hier in de 17de en 18de eeuw uit heeft gezien. Nu bloeien de veldbloemen waar ooit de ovens stonden. Menselijke drukte heeft plaats gemaakt en de natuur heeft grotendeels terug gewonnen wat ze eerder prijs heeft moeten geven aan de nijvere mens. En waar ooit lawaaiige bedrijvigheid heeft geheerst, hangt nu een waardige stilte. Alleen de wind laat de boombladen ritselen. Een mooie voorbode van wat we vandaag nog meer gaan meemaken.

Paarse heide en meer

We wandelen de eerste kilometers door de stille bossen, door een groen tapijt van mossen en bessenstruiken. Je zou bijna een picknickende beer verwachten die zich tegoed doet aan de talloze bosbessen, maar waarschijnlijk wacht hij/zij daarmee tot wij zijn doorgelopen. Scandinavische beren houden niet van mensen, en daar hebben ze groot gelijk in! Het glooiende landschap van Västmanland brengt ons naar de voet van de Norra Landsberget en dan begint het meer serieuze wandel/klimwerk. Een pittige klim brengt ons bovenop waar een gammele uitzichttoren staat en waar de bloeiende zomerheide kleur geeft aan de verder zo groene omgeving.

Waterkant

Zijn we tot nu toe vooral door het stille bos gewandeld, na twee uurtjes lopen komen we in het meer waterrijke deel van deze route. Het smalle, opvallend goed gemarkeerde pad van de Bruksleden slingert van het ene meertje naar het andere. Rietkragen, beverburchten en kleine strandjes, het ene meer is nog mooier dan het andere. We besluiten tot een pauze aan het Bredatjärnen. Dat ‘Breda’ verwijst dan naar het ‘brede’ en heeft echt niks te maken met de west-Brabantse stad. We genieten van het uitzicht en de stilte. Hier zou je een dagje door kunnen brengen, lummelend met een boek, af en toe een plons in het heldere water en een fijne picknick of bbq. Alleen moet je dan vervolgens nog wel zo’n 9 km doorlopen om bij je auto te komen….

Zaagkracht

We pakken de spullen en vervolgen ons pad. Langs de meren Möatjärnen en Stora Trehörningen buigen we langzaam terug in de richting van de oude ijzerfabriek. De paadjes waar we over lopen zijn niet breder dan twee voetstappen, de markering leidt ons door het groen-blauwe decor. Af en toe kruisen we een doodstille steenslagweg, we komen vandaag letterlijk niemand tegen. Na nog een pauze lopen we de laatste paar kilometers van deze prachtige wandeling langs het Sågsjon. Hier stort het water zich met enige snelheid naar beneden om via een klein stroompje naar het volgende meer te lopen, vlak naast de ijzerfabriek. De resten van een fundering zijn de enige aanwijzing voor de naam van het meer. Hier werd de waterkracht gebruikt om een zaag (sågen) aan te drijven. Zo werd het hout gezaagd waarmee de ijzerovens werden gevoed. Geen zagerij meer te zien, maar de naam leeft voort.

Veerkracht

Na 6 uur lopen we langs de resten van de ijzerfabriek terug naar de parkeerplaats waar onze auto staat. Die heeft nu gezelschap gekregen van twee Zweedse auto’s. Vissers die vanaf de oude ‘kades’ hun hengels hebben uitgeworpen in wat nu misschien wel de schoonste wateren van Västmanland zijn. Want met het verdwijnen van de ijzerindustrie is ook dat deel van de natuur weer ’terug’ gekeerd. De ‘vieze’ fabriek is weg, de vissen spartelen weer in het schone water. Opnieuw een bewijs van de veerkracht van moeder natuur; zelfs bij een oude ijzerfabriek is het nu goed genieten!

Praktische informatie

Dit is wandeling 19 uit Wandelen in Midden-Zweden, een gids met 22 rondwandelingen in de regio’s Gästrikland, Hälsingland en Västmanland. Klik hier voor meer informatie.